gebed over de gaven

 

1.
Heer onze God,

Uw Zoon Jezus,
is met zijn vrienden aan tafel samengekomen
op het uur van zijn afscheid.
Hij nam brood en wijn als tekenen
van blijvende eenheid.
Laat ook voor ons, op dit uur van afscheid nemen,
brood en wijn tekenen zijn van blijvende verbondenheid,
door de aanwezigheid van Jezus uw Zoon,
die met U leeft tot in eeuwigheid. Amen.
 

2.
Heer onze God,

de gaven die wij U aanbieden
herinneren ons aan Jezus die gezegd heeft:
"Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft blijft hij alleen,
maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort".
Wij danken U voor deze boodschap
die troost en uitzicht geeft,
vandaag in dit uur
en alle dagen van ons leven,
tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.

 

3.
Heer onze God,

wij hebben U niets te bieden,
dan wat brood en een beker met wijn,
gaven die wij van U hebben ontvangen.
Deze gaven krijgen waarde
door het Woord van uw Zoon.
Aanvaard ook het leven van deze mens,
die ons zo dierbaar is,
een leven dat aan waarde won,
omdat het Woord van uw Zoon
daarin tot ontplooiing kwam,
zodat het rijker terugkeert tot U
God van levenden,
begin en eindpunt van alles wat leeft.
Dat vragen wij U door Christus onze Heer. Amen.

 

4.
Heer onze God,

aanvaard met deze gaven
het levenswerk van N..
Maak brood en wijn voor ons
tot lichaam en bloed van uw Zoon,
kracht op onze levensweg
in blijde en droeve dagen.
Verander het leven van deze afgestorvene
in rust en geluk bij U,
de Trouwe Heer,
die naar rechtvaardigheid beloont,
in de eeuwen der eeuwen. Amen.

 

5.
Heer God,

Wij hebben op dit altaar een schaal met brood gezet
en een beker met wijn.
Brood en wijn, eten en drinken, tekenen van leven.
In deze tekenen drukken mensen
hun liefde en zorg uit voor elkaar.
Rond deze tekenen vieren mensen hun verbondenheid.
Vandaag maken we ze tot teken van onze overgave aan U,
tot gebed voor N.
Amen.

 

6.
Heer onze God,
met de tekenen van brood en wijn
gedenken wij Jezus uw Zoon.
Zozeer heeft Hij ons liefgehad
dat Hij zichzelf aan ons schenkt
als Brood voor eeuwig leven.
Wij bidden U voor N.
dat op voorspraak van de Heer,
de dood hem/haar niet zal schaden,
en dat hij/zij voorgoed mag leven bij U,
tot in de eeuwen der eeuwen.
Amen.